De juridische strijd tussen FC Den Bosch en Kakhi Jordania, die door Jordania werd aangespannen na het afwijzen van de aandelenovername in 2019 door de KNVB, duurt voort. Nadat de rechtbank in 2021 in eerste aanleg uitspraak deed, staat de procedure nu voor hoger beroep.

Twee welwillende partijen, maar een vooralsnog onoverkomelijk verschil van interpretatie van de kwestie. Dat is de conclusie na de vijf uur durende zitting in de Bossche Paleis van Justitie op Sinterklaasmiddag. Nadat het Gerechtshof oordeelde dat het geschil tussen FC Den Bosch en Jordania zich in beginsel leent voor een schikking, was dat de insteek van de  zitting van vandaag.

In een zogenaamde comparitie na aanbrengen probeerde het Hof om partijen alsnog tot zo’n schikking te bewegen. Hoewel van animositeit tussen FC Den Bosch en Jordania totaal geen sprake was, en beide partijen oprecht moeite deden om tot een oplossing te komen, kwam het niet tot een akkoord dat beide partijen tevreden kon stellen.

De komende periode gaan partijen alsnog, mogelijk door extra onderbouwing, proberen tot een minnelijke oplossing te komen. Leidt dit niet tot een voor beide partijen acceptabele schikking, dan wordt de inhoudelijke hoger beroep procedure gevoerd.

https://www.fcdenbosch.nl/fc-den-bosch-in-beroep-in-zaak-jordania/